Quiz samenvatting
0 van 10 vragen beantwoord
Vragen:
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
Informatie
Bij deze oefening kom je verschillende vormen van werkwoorden tegen. Persoonsvormen in de tegenwoordige (TT) en verleden (VT) tijd, voltooid deelwoorden, infinitieven en bijvoeglijke naamwoorden gemaakt van voltooid deelwoorden. Let bij elke vraag goed op de tijd die je moet gebruiken.
U heeft de quiz al eerder gemaakt. Daarom kunt u de quiz niet nog eens maken.
De quiz wordt geladen...
Je moet een account aanmaken of inloggen om de quiz te beginnen.
De volgende quiz moet afgerond zijn alvorens deze te beginnen:
Resultaten
0 van 10 vragen correct beantwoord
Uw tijd:
Tijd voorbij
U heeft 0 van 0 punten gehaald (0)
Categorieën
- Niet gecategoriseerd 0%
- werkwoordspelling 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Beantwoord
- Beoordeling
-
Vraag 1 van 10
1. Vraag
Vul de juiste vorm in. Gebruik bij persoonsvormen de tegenwoordige tijd (TT).
- (hebben) (heeft) hij dat verslag nu alweer (verprutsen) (verprutst)?
Correct
Incorrect
-
Vraag 2 van 10
2. Vraag
Vul de juiste vormen in. Gebruik bij de persoonsvormen de verleden tijd (VT).
- In de zomer (drinken) (dronken) mijn ouders graag een goed (koelen) (gekoeld) glas wijn.
Correct
Incorrect
-
Vraag 3 van 10
3. Vraag
Vul de juiste vormen in. Gebruik bij persoonsvormen de tegenwoordige tijd (TT).
- Wie (begeleiden) (begeleidt) dat (organiseren) (georganiseerde) uitje naar de Efteling?
Correct
Incorrect
-
Vraag 4 van 10
4. Vraag
Vul de juiste vorm in. Gebruik bij persoonsvormen de tegenwoordige tijd (TT).
- Als je geen ovenhandschoen (gebruiken) (gebruikt), (verbranden) (verbrand) je je vingers!
Correct
Incorrect
-
Vraag 5 van 10
5. Vraag
Vul de juiste vorm in. Gebruik bij persoonsvormen de verleden tijd.
- Omdat ik pas om drie uur (lunchen) (lunchte), (lusten) (lustte) ik om vijf uur het door mijn moeder (bereiden) (bereide) avondmaal niet meer.
Correct
Incorrect
-
Vraag 6 van 10
6. Vraag
Vul de juiste vorm in. Gebruik bij persoonsvormen de tegenwoordige tijd (TT).
- Mijn vader (ontploffen) (ontploft) elke keer dat ik een grapje over zijn (uitdrogen) (uitgedroogde) moestuin (maken) (maak).
Correct
Incorrect
-
Vraag 7 van 10
7. Vraag
Vul de juiste vormen in. Gebruik bij persoonsvormen de verleden tijd.
- Voordat je die (omvallen) (omgevallen) stammetjes (doorzagen) (doorzaagde), (hebben) (had) je (moeten) (moeten) vragen of dat van de buurman (mogen) (mocht).
Correct
Incorrect
-
Vraag 8 van 10
8. Vraag
Vul de juiste vorm in. Gebruik bij de persoonsvormen de verleden tijd (VT).
- Toen mijn zus die pas (kopen) (gekochte) beeldjes (afstoffen) (afstofte), (stoten) (stootte) ze er twee omver.
Correct
Incorrect
-
Vraag 9 van 10
9. Vraag
Vul de juiste vormen in. Gebruik bij de persoonsvormen de tegenwoordige tijd (TT).
- De ober in dat pas (openen) (geopende), chique restaurant (serveren) (serveert) de glaasjes cola op een (verzilveren) (verzilverd) dienblaadje.
Correct
Incorrect
-
Vraag 10 van 10
10. Vraag
Vul de juiste vormen in. Gebruik bij persoonsvormen de verleden tijd (VT).
- Ik (missen) (miste) mijn beste vriendin enorm na die nooit (uitpraten) (uitgeprate) ruzie.
Correct
Incorrect